Pagina:Publications de la société d'archéologie dans le duché de Limbourg, volume 1 , 1864.djvu/244

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

— 228 —

Veele schryvers zyn van gevoelen, dat deze bidplaats van vroeger dagteekent en bereyds door Monulfus is opgerigt, maar dewyl dit niets aan ons voorwerp afdoet, zoo wil ik alleen bemerken, dat de vrome bisschop den hofmeyer over diens overspel met de befaamde Alpaïs berispt hebbende, op bevel van Dodo[1], broeder dezer byzit, in deze bidkapel is vermoord geworden[2], en dat zyne begrafenis op het lot van Maastricht niet zonder invloed was.

De achtingh, die de oude Christenen gehad hebben voor de begraafplaats haarder medebroeders, ende de zorghe, welke zy te werk stelden, om de lichaamen haarder martelaren op het waardighst te begraven, laat niet twyfelen of de keuze zoude in dit geval op de bidplaats van Luyk gevallen zyn, maar men vreesde de verbitteringh der moordenaars en de krenkingh van Pipinus, die voor den oogenblik niet zoude gedoghen, dat de vermoorde kerkvoogd in de gebuurt zyner residentie zoude begraven worden. Daarom werd het besluyt genomen, van het lichaam naar Maastricht te voeren, zynde, als plaats van zynen bisschopsstoel, eveneens tot die bezittingh beregtight. Het lyk tot by het verkozen dorp de Maas afdalende, begonnen de bewooners van Maastricht te vreezen, dat de onverzadelyke wraakgierigheid van Pipinus hen, wegens het ontfangen der overblyfsels van den bisschop, zoude straffen; zoodat na veele raadplegingen besloten werd den geestelyken schat in de tombe van zyne voorouders, binnen het gehught St-Pieter, onder het district van Maastricht gelegen, te plaatsen[3]. Dit gehught dat aan Aper,

  1. Warnkônig in zyn: Précis de l'histoire de Liège, p. 13 noemt hem Dodon d'Avroy
    (J.H.) 
  2. De meeste schrijvers stellen het sterfjaar van den H. Lambertus in 696; de kerk viert zyn feestdag op den 17 September.
    (J.H.) 
  3. Trajecti tumulatur. Sigebert. Gemblac.—In suburbano sancti Petri æde, Aprique parentis sepulchro tumulatur. Fisen ad Annum 696. —