15. De misdadigers, welke bereids, vóór dato dezer, in het Gebied der Vereenigde Nederlanden zijn veroordeeld, doch hunne straf (door de sedert voorgevallene omwenteling van zaken) nog niet hebben ondergaan, zullen, overeenkomstig de tegen hen gewezene arresten, worden gestraft, onder deze modificatiën nogtans:
1º. Dat de gecondemneerden tot de Doodstraf (indien er eenige mogten gevonden worden) met de Koord zullen worden gestraft.
2º. Dat de gecondemneerden tot de straf van de Kaak (carcan) zullen worden te Pronk gesteld op een Schavot, met een papier op de borst, waarop hunne misdaad is uitgedrukt.
3º. De straf van Altoosdurende Dwang-arbeid (travaux forcés à perpétuité) wordt geconverteerd in een confinement in een Rasp- of Tuchthuis gedurende den tijd van twintig achtereenvolgende jaren, onverminderd de te Pronkstelling en het Brandmerk.
4º. Dat de straf van Dwang-arbeid voor eenen tijd (travaux forcés à tems) insgelijks wordt geconverteerd in een confinement in een Rasp- of Tuchthuis, gedurende zoodanigen tijd, als bij het vonnis is bepaald, in allen gevalle echter, niet te bovengaande den tijd van vijftien achtereenvolgende jaren.
5º. Dat de tijd van confinement ten aanzien dezer gecondemneerden zal worden gerekend te zijn ingegaan van den dag af aan, waarop de vonnissen, tegen hen uitgesproken, kracht van gewijsde hebben gekregen.
16. De Hoven van Assisen zullen voortaan worden gehouden zonder Jury, en de Regters in dezelven zullen, zoo wel met opzigt tot de misdaad als tot de applicatie der Wet, uitspraak doen.
17. De gewone speciale Hoven worden, bij deze, vernietigd en afgeschaft; de zaken, aan dezelven gerenvoijeerd, zullen door de Hoven van Assisen worden afgedaan, aan welke ook voortaan gerenvoijeerd zullen worden als zoodanige zaken, welke, volgens de dus verre nog in vigueur zijnde Wetten, aan speciale Hoven moesten verzonden worden.
18. Geene Criminele of Correctionele Audientien zullen in het openbaar gehouden worden, vóór het aanvangen der Pleidooijen, welke publiek moeten zijn; de arresten of vonnissen, met het geen daarbij behoort, moeten insgelijks in het openbaar worden gepronuntiëerd.
19. Geene arresten, door het Hoog Geregtshof der Verëenigde Nederlanden, de Regtbanken van Eerste Instantie, Geregten en Vrederegters, in het hoogste ressort gewezen, zullen van nu af aan kunnen worden geattakeerd bij wijze van cassatie.
20. Van alle vonnissen van Regtbanken van Eerste Instantie;