Pagina:Staatsregeling van Sint-Maarten.pdf/16

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Bij landsverordening worden ministeries ingesteld. Zij staan onder leiding van een minister.

Artikel 39

1. De ministers vormen tezamen de ministerraad.

2. De ministerraad bestaat uit zeven ministers, tenzij bij landsverordening een ander aantal is bepaald.

3. De minister-president is voorzitter van de ministerraad.

4. De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid ten einde de eenheid van dat beleid te bevorderen.

5. Indien de Gouverneur een vergadering van de ministerraad bijwoont heeft hij alsdan een raadgevende stem.

6. Bij landsbesluit wordt een reglement van orde vastgesteld. Het reglement van orde wordt bekend gemaakt door plaatsing in het Afkondigingsblad.

Artikel 40

1. Landsverordeningen en landsbesluiten worden ondertekend door de Gouverneur en door een of meer ministers.

2. Het landsbesluit waarbij de aftredende minister-president wordt ontslagen en waarbij tevens zijn opvolger wordt benoemd, wordt mede door de laatstgenoemde ondertekend. De landsbesluiten waarbij de overige ministers worden benoemd of ontslagen worden mede door de minister-president ondertekend.

Artikel 41

De ministers leggen, alvorens hun betrekking te aanvaarden, in handen van de Gouverneur de volgende eed (verklaring en belofte) af:

"Ik zweer (verklaar), dat ik, middellijk noch onmiddellijk, onder welke naam of wat voorwendsel ook, in verband met het verkrijgen van mijn benoeming als minister aan iemand, wie hij ook zij, iets heb gegeven of beloofd, noch zal geven.

Ik zweer (beloof), dat ik, om iets hoegenaamd in deze betrekking te doen of te laten, van niemand hoegenaamd enige belofte of enig geschenk aannemen zal, middellijk of onmiddellijk.

Ik zweer (beloof) trouw aan de Koning en aan het Statuut voor het Koninkrijk, dat ik de Staatsregeling van Sint Maarten steeds zal helpen onderhouden en het welzijn van Sint Maarten naar mijn vermogen zal voorstaan.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig

(Dat verklaar en beloof ik)!"

Artikel 42

De bezoldiging, het pensioen alsmede de overige geldelijke voorzieningen van de ministers worden bij landsverordening geregeld.

§ 2. De gevolmachtigde minister

Artikel 43

1. Om gevolmachtigde minister te kunnen zijn is vereist dat men Nederlander is en niet is uitgesloten van het kiesrecht.

2. De gevolmachtigde minister kan niet tegelijk zijn:

a. Gouverneur;
b. vervanger van de Gouverneur;