Pagina:Tijdschrift voor Wijsbegeerte vol 013 no 002 Grondbegrippen der nieuwe beeldende kunst.djvu/17

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
185
grondbegrippen der nieuwe beeldende kunst.

nog een zinnelijk aandeel (menschen, figuren, boomen, huizen, landschap enz.), in een exact kunstwerk heeft hij dit niet of het moet dat van het middel zijn. Zoo kan het b. v. voorkomen dat iemand bij een exact kunstwerk door de kleuropeenvolgingen zinnelijk gestreeld wordt, wat met een aesthetische verstandhouding natuurlijk niets te maken heeft.

§ 22. Wil de aesthetische verstandhouding van den beschouwer met een exact-beeldend kunstwerk tot stand komen, zoo wordt van den beschouwer een aesthetisch aandeel in het kunstwerk voorondersteld.
Dit beteekent: de beschouwer zal bij het zien, het werk in zijn gewaarwordingsbewustzijn [1] herscheppen.

Wanneer men in een schilderij van Rembrandt het licht bewondert, staat deze bewondering gelijk aan die, welke men voor de zijde of het fluweel op een schilderij van Cornelis Troost zal kunnen hebben.
Indien dit als maatstaf kon dienen voor de goede verstandhouding met eenig kunstwerk, zouden in het geval Rembrandt-Troost, De Nachtwacht en een regentenstuk van Troost essentieel dezelfde waarde hebben. Juist essentieel is hun waarde zeer ongelijk. Bij Rembrandt is het licht, de zijde enz., middel der uitdrukking (eener aesthetische gestemdheid), bij Cornelis Troost is de zijde doel der uitdrukking.
De bedoeling van den eerste was: door middel van donker en licht een andere plastiek te suggereeren dan de natuurlijke, en wel een schilderkunstige. De bedoeling van den tweede was met verf zijde te suggereeren. Wanneer iemand nu voor een schilderij van Rembrandt, door de manier waarop deze door de wederkeerige wisseling, inwerking en opheffing van het

T. v. W. XIII 2.
13
 
  1. Niet: reconstrueeren. Velen verkeeren in het naïve geloof, dat zij, indien ze in een modern beeldend kunstwerk, de realiteit, waar de kunstenaar zich op inspireerde, kunnen reconstrueeren, ze het kunstwerk als zoodanig, volkomen begrijpen.