Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/16

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
XII
VOORREDE.

Drukker deezes, Vrachtvrij, toe te zenden. Ieder kan verzekerd zijn, dat van alles, wat mij op deeze wijze (mits het waarheid zij) word toegeschikt, een dankbaar gebruik zal gemaakt worden.

Lang - zeer lang zou de Reiziger in twijfel gehangen hebben, of hij wel eene tweede Reize door de Majorij onderneemen wilde, zoo men hem daartoe niet had aangezocht, zelfs, lieten eenige zijner Vrienden hem geene rust, voor hij eens weder, en wel zoodra mooglijk, de Majorij instapte. En hier aan is dit Reisjen zijnen oorsprong verschuldigd. Daar anders zijn voorneemen geweest was, om een geheel ander gedeelte van zijn Vaderland, of anders een deel van Duitschland te doorreizen.

Ik heb hier voor het tegenwoordige niets meer bij te voegen, dan dat ik mijnen wensen, bij de voorige Reize gedaan, hier herhaale, te weeten: Dat de Roomschgezinden in de Majorij deeze Reize onbevooroordeeld moogen leezen en herleezen; dat zij zich zelven 'er aan moogen toetzen, en, ziende, dat zij aan het een of ander schuldig zijn, dat zij zich dan edelmoedig moogen verbeteren, en van hunne voorige verkeerde en onbezonnen handelwijze omtrent de Hervormden moogen te rug keeren, op dat zij zich weder de achting, de liefde en genegenheid van die Menschen, die zij reeds meer dan te lang hebben zoeken te vervolgen en te onderdrukken, waardig maaken. – Het zij mij geöorloofd, dat ik den Roomschen Majorijënaaren, eer ik deeze Voorrede eindig, de volgende vermaaning voor oogen stel:

"Belijders van den Roomschen Godsdienst in de Majorij! vergunt mij, dat ik de volgende Aanspraak aan U rigte! Veelen onder U hebben de Reize in 1798. (dit weet ik met zekerheid) geleezen. – Zij hebben dezelve geleezen, en..... durf ik het zeggen?.... en .... den Reiziger vervloekt!....!! Ik wil echter, niet tegenstaande dit alles, als Menschenvriend, aan U het volgende ter ernstige overdenking voorstellen. – Gedraagt U omtrent dit Reisjen billijker dan omtrent het voorige! gaat niet voord, om ook dit Werkjen te vervloeken, te lasteren; om den Schrijver te bedreigen en hem

"alle