Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/205

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
(185)

of die, nadat hij zijne tweede Reize in de Majorij ten einde had gebragt, en weder naar de plaats zijner wooning was te rug gekeerd, aldaar zijn voorgevallen, en hem door verſcheidene, en deele met naam aan hem bekende, ten deele hem geheel onbekende Perſoonen zijn toegezonden, hier aantekenen!

Dezelfde geëerde Zender heeft mij ook iets aangaande Strijp, het geen echter door eene andere hand vervaardigd is, toegezonden. Ik wil hier het hoofdzaaklijke mededeelen:] "Bladz. 45, uwer Reize vind ik Zeelst. Dit geval is niet te Zeelst maar te Strijp gebeurd. De Roomſchen hadden aldaar twee Kerken, doch zij wilden ook die der Hervormden inneemen; dit is ook geſchied, maar men kon niet overéénkomen, om de Geuzen-kerk met allerlij Heiligen enz. op te pronken. De eene partij wilde zijnen Poppenkraam behouden, de andere dien in het Kerkgebouw der Hervormden overbrengen; de laatſte gebruikte geweld, brak op den 8 Junij 1798. de glazen uit de vengſters der ééne Roomſche Kerk, maakte toen de deur open; ſcheurde alles los, en ſleepte alle poppen, prullen en rariteiten naar de groote Kerk, ſchoon op dat oogenblik nog in het bezit der Hervormden. Hieröver heeft de onderliggende Partij zich gewend aan het Gerechts-hof te 's Bosch, en de andere aangeklaagd van Kerkroof; doch gemelde zaak hangt nog voor dat Hof." [Denklijk is hier bij het afſchrijven door overhaasting Zeelst voor Strijp geschree-

ven.
M5