Deze pagina is proefgelezen
Die oogen zijn mijn paradijs,
Mijn voorsmaak van het Eden :
Zij doen mij op tevreden wijs
Het pad der deugd betreden.
Mijn voorsmaak van het Eden :
Zij doen mij op tevreden wijs
Het pad der deugd betreden.
Voor Truitje zou ik onvervaard
Door vuren willen loopen —
Zes maanden heb ik opgespaard
Haar belletjes te koopen.
Door vuren willen loopen —
Zes maanden heb ik opgespaard
Haar belletjes te koopen.
Ja, „Truitje” heet het aardig wicht —
Toch zeg ik meest „Geertruide”
Omdat die naam in een gedicht
Veel dichterlijker luidde.
Toch zeg ik meest „Geertruide”
Omdat die naam in een gedicht
Veel dichterlijker luidde.
Nu, lezer! zal 't u duidlijk zijn,
Hoe zij mijn ziel kon boeien,
Hoe zij mijn hart in minnepijn
Voor eeuwig deed ontgloeien.
Hoe zij mijn ziel kon boeien,
Hoe zij mijn hart in minnepijn
Voor eeuwig deed ontgloeien.
Haar mint mijn hart en mijn verstand,
Geen ding bemin ik méér —
Behalve 't lieve Vaderland
En onzen lieven Heer!
Geen ding bemin ik méér —
Behalve 't lieve Vaderland
En onzen lieven Heer!
O, God! wil met uw vaderhand
Mijn Truitje voor mij sparen,
En ook het lieve vaderland,
Ontwoekerd aan de baren!
Mijn Truitje voor mij sparen,
En ook het lieve vaderland,
Ontwoekerd aan de baren!