Naar inhoud springen

Pagina:Van Vloten, Nederlands schilderkunst van de 14e tot de 18e eeuw (1874).pdf/14

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Het was echter vooral ook door ‘t koloriet, dat zij uitblonk. Dat had zij met de veneciaansche School gemeen; en van Brugge en Gent, tot Amsterdam en Utrecht, zijn dan ook de "lage landen bij de zee" — als men ze plag te noemen — aan de waterrijke veneciaansche landstreek gelijkvormig, en als op gelijke kleurwerking aangelegd. Terwijl in een hoog en droog land de scherp uitkomende omtrekken zich op den helderen hemel als afteekenen, bergen en gebouwen zich in volle klaarheid voordoen, en alle voorwerpen zich met sprekende lijnen afronden; doorschrijdt het oog een vlakke streek tot den schemerenden gezichteinder, waarbij alle omtrekken verflauwen, verstompen, en versterven in het onnaspeurbre nevelwaas, waarvan de lucht als doortrild wordt. Wat zichtbaar is, doet zich slechts als een grooter of kleiner plek voor, op den vlakken bodem merkbaar geworden, zonder daaruit met kantige scherpte te voorschijn te treden, noch zich krachtig af te scheiden van zijn omgeving[1]. Uit stroomen, vaarten, zee en weiden rijst als onophoudelijk een grijsachtige nevel, die al de voorwerpen in den omtrek als in een luchtige gaas hult; en ‘s ochtends en ‘s avonds vooral zweven, als een witte sluyer, uit het water stijgende dampen over de velden. Aan den gezichteinder ziet men de wolken, als een bleeke schimmenschaar, de voorbode van een onafgebroken regen, klimmen. In 't westen tintelen zij, bij een avondzon, in purpelgloed, en de zonneschijf daalt daar, bij helder weder, als een vuurbol, die dampend uitgaat, in zee. Zee en hemel kennen dan geen grens meer, en laten geen anderen indruk dan dien hunner rijke kleurschakeering na. Het water toch verandert ieder oogenblik van tint, en doet zich dan eens als een vaalrood, dan als een krijtachtig wit, dan weder als een grijsachtig geel, dan als een glinsterend zwart, soms ook als een

    raître dans un pastiche banal des Italiens”. (Musée de la Hollande, etc. Introduction.)

  1. Of, gelijk Thoré het uitdrukt, “dans le Nord la forme ne s'accuse pas par le contour, mais par le relief. Les objets ne se présentent jamais en silhouette, mais en plein pour ainsi dire”.