Naar inhoud springen

Pagina:Van Vloten, Nederlands schilderkunst van de 14e tot de 18e eeuw (1874).pdf/45

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

den van het hoofdpaneel is afgebeeld, liggende op een met wit linnen overdekt, en met een rood voorkleed versierd altaar, en uit welks borst een bloedstraal vloeit, die in een kelk wordt opgevangen. Daarboven zweeft de Heilige Geest, terwijl God de Vader, met scepter en pauselijke driekroon, in een weidschen donkerrooden mantel, op zijn troon gezeteld het bovenmiddenpaneel inneemt, met een gelaat vol verheven majesteit de hand opheffende, om zijn geliefden zoon en de schaar der uitverkorenen te zegenen. Op ’t paneel aan zijne rechterhand zit de heilige Maagd, het hoofd zacht gebogen en de oogen en gedachten in de H. Schrift verdiept, die zij in hare handen gevat houdt. Op haar hoofd draagt zij een gouden kroon, met een krans van rozen en leliën doorvlochten; haar blauwe mantel is met goud borduursel versierd, en met een agraaf vastgehecht. Op ’t paneel aan ’s Vaders linkerhand zetelt Johannes de Dooper, in zijn kemelsharen kleed, en met een groenen mantel omhuld; zijn linkerhand omvat een boek, en met de rechter wijst hij naar Hem, die hem gezonden heeft. Wendt men dan het oog weder naar ’t hoofdpaneel omlaag, dan ziet men, aan den voet van ’t altaar, de bron der levende wateren wellen, die de bloemen weêrkaatst aan haar boord ontsproten, en met meesterlijke fijnheid geschilderd. Daar omheen ontrolt zich een groenend veldtapijt, met leliën, viooltjens, en madelieven doorzaaid, en hier en daar met een palm- of andere boom bezet; de grond rijst allengs, en toont ons in ’t verschiet aan de eene zij een blauwe bergstrook, aan de andere de vesten van ’t hemelsche Jeruzalem. Licht en warmte stroomen er ons van alle zijden uit toe, en overstralen de verschillende groepen, die er zich aan ons oog voordoen. Om het altaar liggen Engelen geknield, deels in bespiegelende aanbidding, deels het wierookvat zwaayende of Kristus’ marteltuig dragende. Lager op den voorgrond ziet men de profeeten, die geknield het Lam aanschouwen, met geopende boeken in de hand, en achter hen, onder een schaar breedgemantelde lieden, twee gelauwerde grijzen, in welke Virgilius en Dante schijnen afgebeeld. Aan de linkerzij Paulus en de verdere apostelen, barrevoets en bruin gemanteld, en achter hen een drom pau-