Naar inhoud springen

Pagina:Vergif.djvu/247

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

249

naar boven op het kerkhof geweest; en toen zij weer naar beneden naar de stad terugging, had zij bij de laatste gaslantaarn mevrouw Wenche zien staan met een gelaat dat zij nooit zou vergeten.

Toen den volgenden dag de geruchten begonnen te loopen, was er iets in mevrouw Gottwald dat haar alles deed begrijpen of vermoeden en zij bracht haar kleine leugen van uit haar winkel in omloop.

Mevrouw Wenche was immers de eenige geweest wier vriendelijkheid eerlijk was en haar nooit drukte? en bovendien zij was immers de moeder van Abraham?

Dat er geen enkel gerucht omtrent den waren samenhang ontstond, kwam alleen hierdoor dat het niemand inviel; dat zou toch al te ongehoord geweest zijn. En bij de volmaakte zekerheid van den professor en van dokter Bentzen, van de meiden en van mevrouw Gottwald bleef er geen aanleiding tot twijfel over.

Het zou anders voor al die vrome harten met hun vlugge en onvervaarde tongen een glorie geweest zijn om wat het ook wezen mocht te stapelen op het hoofd van die ongeloovige—van haar die het met de vrijdenkers hield en die nooit naar de kerk ging.

Maar—God zij dank!—er was buitendien nog genoeg tegen haar in te brengen; en mevrouw