in den weg staat,—aan den eenen kant luiheid en onverschilligheid,—aan den anderen hoogmoed en eigenwijsheid,—ja, dat blijft zeker een heel bezwaarlijk en moeilijk werk en ik denk dat èn gij èn ik wel ter ruste zullen zijn vóór het gereed komt. Maar toen is het mijn meening en mijn hoop dat dit werk van neerhalen tot stand zal komen."
Ja, er moet neergehaald worden!" riep mevrouw Wenche warm, "en er zal een tijd komen waarin allen het gewetenlooze inzien van geslacht na geslacht op te offeren aan oude veroordeelen en afgeleefde stelregels."
"Hm!" antwoordde procureur Kahrs: we hebben nu een heele boel mooie en gevleugelde woorden gehoord; en het zal wel te vergeefs zijn als ik een eenvoudige praktische vraag doe, vooral omdat het mij dunkt, dat het praktische juist voor de hand ligt."
"Kom, niet zoo scherp, procureur! kom maar voor den dag met uw praktische vraag; nu ik meneer Mordtmann's hulp heb, ben ik niet bang."
"Nu, kort en goed: waarom zendt ge uw kind naar school?—Wat wilt ge dat hij zal leeren?"
""Daar wil ik u met genoegen op antwoorden; en ik zal zoo beredeneerd zijn dat mijn compagnon gerust kan wezen; want hierover heb ikzelf dikwijls nagedacht. Als wij—vaders en moeders—die