Pagina:Verzameling van Nederlandse staatsregelingen (1798-1815).djvu/103

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

14. Krijgslieden stemmen niet, dan ter plaatse hunner vaste Woning, afgescheiden van de plaats hunner Guarnizoenen.


Het Wetgevend Ligchaam.

15. De titul van het Wetgevend Ligchaam is Hun Hoog Mogende Vertegenwoordigende Het Bataafsch Gemenebest ; zullende de Vergadering onder den titul van Hoog Mogende Heeren worden geadiëerd.

16. De Oppermagt van het Bataafsche Volk wordt vertegenwoordigd door de Vergadering van Hun Hoog Mogende met den Raadpensionaris.

17. Het vaststellen van Wetten behoort aan de Verga- dering van Hun Hoog Mogende.

18. De Vergadering van Hun Hoog Mogende bestaat uit Negentien Leden, voor den tijd van drie Jaren verkozen en benoemd door de Leden van de Departementale Besturen, in de volgende evenredigheid, te weten :

Door het Departement Holland, Zeven Leden,

——་ het Departement Zeeland, Een Lid,

—— het Departement Utrecht, Een Lid,

En, door ieder der overige Departementen, Twee Leden.

19. De Leden der Vergadering van Hun Hoog Mogende moeten zijn Stemgeregtigde Burgers, bereikt hebbende den vollen ouderdom van 30 jaren geboren binnen één der acht Departementen van het Gemeenebest of in de Coloniën of Bezittingen van den Staat, en binnen dat Departement, van wegens het welke zij benoemd worden, gedurende de laatste zes jaren vóór hunne benoeming hebben gewoond ; zij mogen elkanderen niet bestaan tot in den vierden graad van bloedverwantschap of zwagerschap. Het vereischte van inwoning sluit niet uit de zoodanigen, die Reipublicae causa zijn afwezig geweest.

20. Ter henoeming van een Lid der Vergadering van Hun Hoog Mogende, zendt het Departementaal Bestuur aan den Raadpensionaris eene nominatie van vier Personen binnen het Departement woonachtig. De Raadpensionaris vermindert deze nominatie tot op twee Personen, waar uit dan vervolgens het Departementaal Bestuur de keuze doet.

21. Dadelijk, na dat de zitting der Vergadering van Hun Hoog Mogende zal geopend zijn, het geen door den Raadpensionaris verrigt wordt, gaat dezelve Vergadering over tot de benoeming van een President voor die Zitting, welke uit haar midden gekozen wordt.

22. De Vergadering van Hun Hoog Mogende wordt geadsisteerd door een Griffier. De Raadpensionaris heeft de benoeming van den Griffier van Hun Hoog Mogende uit eene nominatie van twee, buiten de Vergadering genomen, Personen, welke nominatie door dezelve Vergadering aan den Raadpensionaris wordt ingezonden.

23. Alle Besluiten van de Vergadering van Hun Hoog Mogende worden geteekend door den President. en gecontrasigneerd door den Griffier hunner Vergadering.