Pagina:Wij Slaven van Suriname - Anton de Kom.pdf/13

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

nenland onberoerd gelaten, de stroomversnellingen van haar rivieren drijven geen motoren, de vruchtbare gronden zijn niet bezaaid, de kostelijke schatten der bosschen zijn niet ontgonnen, in bitterste armoede, in schamele onwetendheid leven de wilde stammen temidden van een natuur, waarvan de overdaad nutteloos teloor gaat.

Zelden waagt een blanke zich in deze wildernissen, waar de weg slechts aan de Indianen en de boschnegers bekend is. Langs den loop der rivieren dringt soms een Fransche libéré, een Britsche rowdy, een Hollandsche onderzoeker het land in. Zij zetten hun mes in de blanke huid der bolletrie en doen het kostbare melksap vloeien. Doch de libéré keert terug naar de kust, de rowdy drinkt zich dood in een whiskyroes, aan zijn eenzaam kampvuur, de Hollander laat zich door Marrons in een kano de rivier afroeien, de wildernis blijft achter, de wonden der rubberboomen vergroeien, het verlaten kamp wordt door slingerplanten overwoekerd.

Van Holland's invloed, Holland's energie, Holland's beschaving valt in het binnenland van Sranang geen spoor te vinden, in geen weg, geen brug, geen huis staat Holland's historie geschreven. De blanken hebben slechts angst gekend voor de wildernis, waar de ontvluchte slaven hun toevlucht zochten.

Alleen een armzalig verwaarloosd spoorlijntje, dat nergens heenvoert en nooit voltooid werd, getuigt van een korten waanzinnigen gouddroom.


De wijde vlakten der savannen, de bosschen en de hooge granietbergen van moeder Sranang slapen sinds honderd eeuwen.

Voor hen werd nog geen historie geschreven.

Slechts op de smalle strook langs de zeekust, hier

11