Pagina:WilliamMorris1903KunstEnMaatschappij.djvu/140

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

gemoed, dat de Handel niet voor den mensch in het leven geroepen is, doch de mensch voor den Handel. Aan alle zijden worden wij gedwongen, dit te erkennen. Er zijn tegenwoordig b.v. onder de gegoede klassen in Engeland mannen met de hoogste idealen voor de Kunst en van krachtigen wil: mannen, die diep overtuigd zijn van den eisch der beschaving, om 's menschen leven met schoonheid te omringen, en velen van minder bekwaamheid, duizenden misschien, beschaafd en ontwikkeld, volgen hen en juichen hun meeningen toe. Doch de leiders en de volgelingen beiden zijn niet in staat zelfs maar een half dozijn weilanden te redden uit den onverbiddelijken greep van het Winstsysteem, zij zijn ondanks hun ontwikkeling en hun genie even hulpeloos als even zoovele overwerkte schoenmakers. Minder gelukkig dan koning Midas, veranderen onze groene velden en heldere waterstroomen, ja zelfs de lucht, die wij inademen, niet in goud (waarin sommige onzer misschien een uur lang behagen zouden scheppen), maar in vuil en ronduit gezegd weten zij zeer goed, dat er niet alleen geen hoop op verbetering is onder het tegenwoordige evangelie van het Kapitaal, doch dat de zaken jaar op jaar en dag aan dag hoe langer hoe meer verergeren. Laat ons eten en drinken, want morgen sterven wij den verstikkingsdood door het vuil.

Laat mij u een voorbeeld geven van den slavendienst der concurrentie waarin wij ongelukkige leden van de gegoede klasse leven. Ik heb u gesmeekt u te ontdoen van alle overtollige weelde, u alle nuttelooze overbodigheden te ontzeggen, uw leven te vereenvoudigen en ik geloof, dat velen onder u het geheel met mij eens zijn in dat opzicht. Ik heb reeds lang de verhouding tusschen ons, de gegoede klasse, en onze dienstboden beschouwd als een der meest weerzinwekkende, die ons

114