Pagina:Witte 1888 Wilde rozen.djvu/221

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
205
WAT VEEL GEVERGD.

wat ze toen kweekten en hoe ze toen kweekten. Vooreerst kende men toen de meeste van die planten niet, welke tegenwoordig het fraaiste sieraad der kassen uitmaken, en men zou er ook zeker heel slecht mee weg gekomen zijn, en ten anderen was men tevreden, als men maar veel planten had, en vroeg niemand er naar hoe ze er uitzagen. Die de grootste collectie vetplanten, of Kaapsche bolgewassen of Erica's had was de piet, maar je weet toch ook wel dat men tegenwoordig voor zulke collecties bitter weinig zou geven, of 't moest zijn om de verloren gegane soorten terug te krijgen. Of wel je vergeet welke hooge eischen tegenwoordig aan plantencultuur gesteld worden; dat men voor een slecht gekweekte plant, ook al is de soort nóg zoo fraai, den neus optrekt, en dat zelfs de liefhebbers, die er weinig kennis van hebben, ten gevolge daarvan veel hoogere eischen zijn gaan stellen. En om hieraan te kunnen voldoen, moet gelet worden op dingen, waar men vroeger niet aan dacht.

— Maar de potten in de kassen schrobben, en dat nog wel dikwijls is toch wat al te gek!

— Als het dit werkelijk was, zegt hier E., zou het zeker in de groote bloemisterijen niet gedaan worden, en juist in de grootste, waar het jaarlijks heel wat geld aan arbeidsloon kost, wordt er streng op gelet.

— 't Komt mij ook voor, merkt D. bescheiden op, dat het wel goed moet wezen. De ondervinding leert toch onwedersprekelijk, dat zindelijkheid voor mensch en dier een eerste vereischte is voor de gezondheid, en al zijn de planten nu heel andere schepselen, met andere behoeften, zoo zegt mij toch mijn gezond verstand, dat zij in dit opzicht niet buiten die algemeene wet kunnen staan.

— Jij gelooft het dus als 't ware bij instinct, zegt de dokter