Naar inhoud springen

Pagina:Max Havelaar of de Koffiveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappy (vyfde druk).djvu/329

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
317

zyne Excellentie den Gouverneur-generaal gedeeld wordt, en ik ben dus verplicht, vóór ik overga tot het bitter uiterste dat ik neerschreef in de vorige alinea, u eerbiedig te verzoeken aan het Gouvernement voortestellen:

den resident van Bantam aanteschryven, alsnog goedtekeuren de handelingen van den adsistent-resident van Lebak, betrekking hebbende op diens missieves van 24 en 25 dezer, Nis 88 en 91.

Of wel:

genoemden adsistent-resident te roepen ter verantwoording op de door den resident van Bantam te formuleeren punten van afkeuring.

Ik heb de eer u ten-slotte de dankbare verzekering te geven, dat wanneer iets me kon terugbrengen van myn lang doordachte, en bedaard maar vurig aangekleefde principes ten dezen…waarlyk, het zou geweest zyn de heusche innemende wyze waarop gy in de konferentie van eergister die principes hebt bestreden.

De Adsistent-resident van Lebak,
Max Havelaar
 

 

Zonder uitspraak te doen omtrent de gegrondheid van het vermoeden der Weduwe Slotering, betreffende de oorzaak die haar kinderen tot weezen maakte, en alleen aannemende wat bewysbaar is, dat er in Lebak nauw verband was tusschen plichtsbetrachting en gif — al bestond dan ook dit verband slechts in meening(173) — zal toch ieder inzien dat Max en Tine kommervolle dagen hadden doortebrengen na ’t bezoek van