De Avondpost/Nummer 8738/Onafhankelijke bespiegelingen over de Kunst

Uit Wikisource
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Onafhankelijke bespiegelingen over de Kunst [5]
Auteur(s) Theo van Doesburg
Datum Zaterdag 8 en zondag 9 november 1913
Titel Onafhankelijke bespiegelingen over de Kunst. Het ontstaan van het kunstwerk. (Vervolg.) Kunst en haar inhoud.
Krant De Avondpost
Jg, nr ?, 8738
Editie, pg [Weekend], B. 1.
Brontaal Nederlands
Auteursrecht Publiek domein
[aflevering 1] · [aflevering 2] · [aflevering 3] · [aflevering 4] · [aflevering 5] · [aflevering 6] · [aflevering 7] · [aflevering 8]

[B. 1.]


Onafhankelijke bespiegelingen over de Kunst.

door Theo van Doesburg.

Het ontstaan van het kunstwerk
(Vervolg.)

      Er zijn alzoo drie soorten van werk en de Kunst te onderscheiden. En wel:
      a. Het Kunstwerk. b. Het bezield-wetenschappelijke werk. c. Het onbezield-wetenschappelijke werk.
      Deze drie soorten van werk drukken tegelijk de drie stadia uit, welke de kunstenaars-geest doorloopt. (Dit zullen wij hieronder zien.)

Kunst en haar inhoud

      De inhoud van het Kunst-werk (a) is: de som der gevoelens van de geheele menschheid, die eeuwig is de verhouding van Mensch tot God en van de menschen onderling.
      Deze kunst behoort tot de hoogste orde, omdat zij alle gevoelens en aandoeningen van de geheele menschheid openbaar maakt.
      Door deze Kunst, die vanzelf religieus is, krijgt de mensch kennis van zijne gevoelens en van de gevoelens zijner medemenschen.
      De Kunst van lagere orde drukt slechts de gevoelens en aandoeningen uit van één volk. Zij verschilt van de vorige Kunst hierin: dat zij hare grens heeft bij elk volk afzonderlijk en zich niet over de gevoels-oppervlakte van de geheele menschheid uitstrekt.
      De kunst van de derde orde drukt slechts de gevoelens en aandoeningen uit van den kunstenaar. Zij verschilt van de vorige Kunst hierin: dat zij hare grens heeft bij elken kunstenaar afzonderlijk en zich niet over de gevoels-oppervlakte van het gansche volk uitstrekt.
      Ondergaan wij een kunstwerk van de eerste orde, dan treffen wij nergens een begrenzing of belemmering aan, waardoor het is of het uit onzen eigen geest, uit onze eigen menschenhart voortkomt. Het drukt den Mensch (= Tijd) uit in zijn verhouding tot God (= Eeuwigheid). Een kunstwerk van de eerste orde be hoort evenzeer tot ons volk en tot onzen tijd als tot vroegere of latere volkeren; als tot vroegeren of lateren tijd.
      Ondergaan wij een kunstwerk van de tweede orde, dan treffen wij een begrenzing of belemmering aan in de gewoonten en nationale hoedanigheden van den volksgeest. Het drukt het volk uit in zijn verhouding tot andere volkeren of in zijn verhouding tot de Menschheid.
      Een kunstwerk van de tweede orde is slechts verstaanbaar voor ons, voorzoover de volksgeest die het schiep overeenkomst heeft met onzen geest; voor zoover het hart van het volk, waaruit het ontstond, in staat is het hart der menschheid te ontroeren.
      Ondergaan wij een kunstwerk van de derde orde, dan treffen wij een begrenzing of belemmering aan in den kunstenaars-geest. Het drukt den kunstenaar uit in zijn verhouding en tegenstelling tot het volk en de menschheid. Een kunstwerk van de derde orde is slechts verstaanbaar voor ons, voor zoover de kunstenaarsgeest die het schiep, overeenkomst heeft met onzen geest; voorzoover het kunstenaarshart, waaruit het ontstond, in staat is het hart van de menschheid of het hart van het volk te ontroeren.

      De inhoud van een bezield wetenschappelijk werk (b); dat is, in de schilderkunst, een bezield-schilderkundig werk, heeft als inhoud: het Leven; en wel: het gezicht van den kunstenaar op de verzinnelijking van het Leven: de Natuur.
      Komen wij onder den indruk van een bezield-schilderkundig werk, dan komen wij onder den indruk van het Leven. Het licht, het physische licht, is het voornaamste middel dat de schilderkundige aanwendt, tot openbaring van het Leven. De levensvormen die hij door middel van dit licht als bezield vertoont, hebben voor hem slechts waarde voorzoover zij het leven verbeelden.
      Omdat het licht het leven zichtbaar maakt, zijn voor den maker van een bezield-schilderkundig werk, middel (het licht en de levensvormen) en doel (het leven) één.
      Is de mensch voor den maker van Kunst een denkend, gevoelend en handelend wezen evenals hij zelf, voor den bezield-schilderkundige is de mensch een levend voorwerp, dat op bizondere wijze het licht terugkaatst. De mensch is voor hem slechts van waarde voorzoover de mensch het leven weerkaatst (zooals bijv. in Rembrandt’s „staalmeesters”).
      Zooals de chemiker verschillende vloeistoffen samenvoegt om door middel van die samenstelling een geheel andere vloeistof te krijgen, zoo brengt de bezield-schilderkundige verschillende vormen, kleuren, gestalten, stoffen effecten en lichten bij elkaar om door middel van deze samenvoeging het leven of, juister, het levens-effect te krijgen.