Maximen van La Rochefoucauld
Maximen van La Rochefoucauld. Wikisource vertaling van Œuvres de La Rochefoucauld, nouvelle édition, vol. I, 1868 door François de La Rochefoucauld, vertaald door Wikisource collectief |
Uitgegeven in Parijs door Librairie Hachette 1868, vertaling wikisource 2023. |
WERKEN
VAN
LA ROCHEFOUCAULD
DEEL I
BESPIEGELINGEN of ZINSNEDEN
en
MORELE MAXIMEN
Integrale Nederlandse vertaling van de
Réflexions ou Sentences et Maximes morales
van François de La Rochefoucauld
gebaseerd op drie Franstalige bronteksten:
Indeling van de Maximen naar herkomst[1]
(maakt geen deel uit van de originele teksten)
1 MAXIMEN OPGENOMEN IN DE EDITIE VAN 1678
1.1 | Maximen uit de editie van 1666 (1 - 300) |
31 |
1.2 | Maximen toegevoegd in de editie van 1671 (301 - 340) |
153 |
1.3 | Maximen toegevoegd in de editie van 1675 (341 - 412) |
164 |
1.4 | Maximen toegevoegd in de editie van 1678 (413 - 504) |
186 |
2POSTUME MAXIMEN
2.1 | Maximen afkomstig uit het Manuscrit Gilbert (505 - 529) |
223 |
2.2 | 229 |
2.3 | Maximen afkomstig uit de postume editie van 1693 (534 - 561) |
230 |
3WEGGELATEN MAXIMEN
3.1 | Maximen afkomstig uit het Manuscrit Liancourt (L207 en L241) |
L |
3.2 | Maximen afkomstig uit de Édition de Hollande (H108 - H110 en H151 - H155) |
H |
417 |
VOORWOORD
VAN DE EERSTE UITGAVE (1665)
VOORBERICHT AAN DE LEZER
Hier is een portret van het hart van de mens dat ik publiek maak onder de naam Bespiegelingen of Morele Maximen. Het loopt het gevaar om niet iedereen te bevallen, omdat men misschien vindt dat het te veel gelijkt, en dat het [ 26 ]niet vleiend genoeg is. Het lijkt alsof het nooit de bedoeling van de schilder geweest is, dit werk uit te geven en dat het nog opgeborgen zou zijn in zijn werkkamer, ware het niet dat er een slechte kopie rondging en zelfs sinds enige tijd in Holland terecht was gekomen, waardoor een van zijn vrienden verplicht was mij een andere te geven, die hij zei geheel gelijkluidend te zijn aan het origineel; maar hoe correct die ook is, mogelijk voorkomt het niet de censuur van zekere personen die het niet verdragen dat men het zich in het hoofd haalt door te dringen tot de kern van hun hart, en die menen het recht te hebben te verhinderen dat de anderen hen kennen, omdat zij zichzelf niet willen kennen. Omdat deze Maximen vol zijn van dat soort waarheden waar de menselijke trots zich niet gemakkelijk in schikt, klopt het dat het bijna onmogelijk is dat men er niet tegen in opstand komt en dat ze zich geen censoren op de hals halen. Dus voor hen voeg ik hier een Brief in, die men mij heeft gegeven, die geschreven is nadat het manuscript verschenen was, [ 27 ]en in de tijd dat iedereen zich mengde in het geven van een mening erover. Hij leek mij voldoende geschikt als antwoord op de belangrijkste bezwaren die men tegen de Bespiegelingen kan opwerpen en om de bedoelingen van hun auteur uit te leggen; hij voldoet om aan te tonen dat wat zij bevatten niets anders is dan de samenvatting van een moraal in overeenstemming met de opvattingen van meerdere Kerkvaders, en dat degene die ze geschreven heeft, veel reden heeft om aan te nemen dat hij niet kon verdwalen door zulke goede gidsen te volgen, en dat het hem toegestaan was te spreken over de mens zoals de Vaders erover spraken. Maar als het respect dat hen toekomt niet in staat is om de grieven van critici te verhinderen, als ze geen scrupules hebben om de mening van deze grote mensen te veroordelen door dit boek te veroordelen, smeek ik de lezer om hen niet na te volgen, zijn geest niet te laten leiden door de eerste impuls van zijn hart, en erop toe te zien, voorzover mogelijk, dat de eigenliefde zich niet mengt in het oordeel dat hij erover zal vellen; want als hij de eigenliefde raadpleegt, moet hij niet verwachten dat zij deze maximen welgezind zou kunnen zijn: aangezien deze de eigenliefde voorstellen als omkoper van de rede kan het niet anders of het verstand wordt tegen hen ingenomen. Men moet er dus voor waken dat deze vooringenomenheid de critici geen gelijk geeft en zichzelf ervan overtuigen dat er niets meer geschikt is om de waarheid van deze Bespiegelingen aan te tonen dan de ijver en scherpzinnigheid die aan de dag zal worden gelegd om hen te bestrijden: het zal inderdaad moeilijk zijn om aan iedere mens met gezond verstand te doen geloven dat ze door anderen worden veroordeeld op basis van geen ander motief dan dat van verborgen eigenbelang, trots en eigenliefde. Kortom, het beste standpunt dat de lezer kan innemen is zichzelf op de eerste plaats in te prenten dat geen van deze Maximen op hem persoonlijk betrekking heeft, en dat hij alleen ervan uitgezonderd is, hoewel ze [ 28 ]algemeen lijken; daarna geef ik hem als antwoord dat hij de eerste zal zijn om ze te onderschrijven, en dat hij zal vinden dat ze nog mild zijn over het menselijk hart. Dat is wat ik te zeggen had over dit geschrift in het algemeen; wat de methode betreft, die men erin kan ontdekken, meen ik dat het wenselijk zou zijn geweest, dat elk maxime een titel zou hebben gehad betreffende het onderwerp waarover het gaat, en dat ze in een betere volgorde zouden zijn gezet; maar dat kon ik niet doen zonder de tekst van de kopie die ik gekregen had, volledig door elkaar te gooien; en omdat verschillende maximen over dezelfde materie gaan, vonden degenen, die ik om raad had gevraagd, dat het passender was om een Register op te stellen, dat men kan raadplegen om te vinden welke hetzelfde onderwerp behandelen.
[ 29 ]
VOORWOORD
VAN DE VIJFDE UITGAVE (1678)
DE UITGEVER AAN DE LEZER.
Deze vijfde editie van de Morele bespiegelingen is vermeerderd met meer dan honderd nieuwe maximen, en nauwkeuriger dan de eerste vier. De goedkeuring die het [ 30 ]publiek ze gaf overtreft wat ik in hun voordeel kan zeggen, en als zij zijn zoals ik denk (en ik heb reden om daarvan overtuigd te zijn) kon men ze niet meer onrecht doen dan door zich in te beelden dat ze een verdediging vergen. Ik zal mij ertoe beperken u op twee dingen te wijzen: de ene, dat met het woord belang niet altijd een materieel belang bedoeld wordt, maar vaker een belang van eer of goede naam; en de andere (die als het fundament is van al deze Bespiegelingen), dat de schrijver de mensen slechts beschouwd heeft in de betreurenswaardige staat van de natuur verdorven door zonde, zodat dus de manier waarop hij spreekt over dit oneindige aantal gebreken die in hun schijnbare deugden worden aangetroffen, helemaal geen acht slaat op degenen die God door een bijzondere genade heeft bewaard.
Wat betreft de volgorde van deze Bespiegelingen zal men er geen moeite mee hebben om vast te stellen dat het lastig was die na te leven, omdat ze allemaal over verschillende onderwerpen gaan; en hoewel er meerdere over hetzelfde onderwerp gaan, was men van mening ze niet steeds achter elkaar te hoeven plaatsen, uit vrees de lezer te vervelen; maar men kan ze in het Register vinden.
- ↑ Deze vertaling volgt de indeling en nummering van de Larousse-uitgave Maximes et Réflexions Diverses, red. Jean-Pol Caput, Parijs (1975), serie GEF (Grands Écrivains de la France) en leunt ook op overige geraadpleegde literatuur Het alfabetisch register is gebaseerd op de Nederlandstalige tekst.