Naar inhoud springen

Troonrede 1999

Uit Wikisource
Troonrede 15 september 1998 Troonredes Koningin Beatrix (1980-2012) door Koningin Beatrix, Ministerpresident en ministers

Troonrede 21 september 1999

Troonrede 19 september 2000

Op dinsdag 21 september, Prinsjesdag 1999, sprak Hare Majesteit de Koningin de onderstaande troonrede uit.

[ 111 ]

Troonrede 21 september 1999
Beatrix, Koningin der Nederlanden
(Minister-president: Wim Kok)


“Mijne Heeren!

Het is Mij aangenaam U bijeen te zien tot hervatting Uwer werkzaamheden. (…) Op menig gebied is dringend behoefte aan krachtige wetgevende maatregelen.”….

Zo sprak honderd jaar geleden mijn Grootmoeder tot Uw voorgangers.


Leden van de Staten-Generaal,

De twintigste eeuw was een eeuw van scherpe contrasten. Twee bloedige wereldoorlogen werden uitgevochten. Door oude tegenstellingen te overwinnen, door samenwerking te zoeken in plaats van conflict, heeft West-Europa de rampspoed van het verleden achter zich gelaten. Politieke stabiliteit alsmede economische en sociale vooruitgang zijn de resultaten van een voortgaande Europese integratie. Het besef van toenemende wederzijdse afhankelijkheid lag en ligt ten grondslag aan de overtuiging dat in Europa meer eenheid nodig is.

De Midden- en Oost-Europese landen konden lange tijd niet aan deze eenwording deelnemen. Zij lagen aan de andere kant van de politieke en ideologische scheidslijn. Nu deze landen de vrijheid hebben herwonnen om als democratische rechtsstaten zelf hun bestemming te bepalen, zoeken zij aansluiting bij het proces naar meer stabiliteit en samenwerking in Europa. Daarvoor ruimte scheppen is een van de grote opgaven waarvoor de Europese Unie nu staat.

De twintigste eeuw was ook het tijdperk van ongekende wetenschappelijke, technologische en economische vooruitgang. Velen hebben hiervan de vruchten kunnen plukken. Ook hebben meer mensen democratische rechten verworven. Een groter deel van de wereldbevolking leeft in vrijheid en voorspoed. Toch delen te veel mensen nog onvoldoende in deze vooruitgang, vooral elders in de wereld, maar ook dichtbij. Wij mogen daarin niet berusten.

Op de drempel van de nieuwe eeuw staat ons land voor bijzondere uitdagingen:

-Waarborgen dat Nederland volwaardig blijft deelnemen aan de mondialisering van de economie.

– Een duurzaam evenwicht vinden tussen welvaartsgroei en behoud van onze natuurlijke omgeving.

– Investeren in kennis én in mensen die daarmee verantwoord kunnen omgaan, in het belang van een hoogwaardige samenleving. [ 112 ]

– Samenhang bewaren in onze maatschappij in een tijd van snelle technologische en economische ontwikkelingen.

– Versterken van solidariteit in onze samenleving, die van leeftijdsopbouw en samenstelling verandert.

– Vasthouden aan de waarden en normen die zijn verankerd in de Grondwet en die aan ons land stabiliteit en richting geven.

De regering beantwoordt deze uitdagingen door te investeren in de kwaliteit van de samenleving. Betrokkenheid van allen is daarbij noodzakelijk, ook over de landsgrenzen heen.

Het buitenlands beleid staat in het teken van groeiende onderlinge afhankelijkheid van landen en volkeren. Prioriteit wordt gegeven aan het versterken van de internationale rechtsorde, veiligheid en rechtvaardigheid. Daarvoor stáán wij, nu ook als lid van de Veiligheidsraad. De Verenigde Naties leveren een onmisbare bijdrage aan het herstel van vreedzame verhoudingen op Oost-Timor. Ook inspanningen van de internationale gemeenschap om conflicten elders te beheersen en te beëindigen, hebben onze volle steun.

De Europese Unie is een van de grootste verworvenheden van deze eeuw.

De gemeenschappelijke munt – de euro – geeft aan hoe ver het integratieproces is gevorderd. Onze toekomst wordt meer en meer bepaald door de prestaties van Europa. De integratie werkt door tot in alle geledingen van ons binnenlands bestuur. Een nauwere Europese samenwerking op de terreinen van justitie en politie begint vorm te krijgen. Nederland maakt zich sterk voor afspraken over het asiel- en migratiebeleid. Een steeds grotere Unie vraagt om doelmatiger instellingen, meer democratische, transparante besluitvorming en goed financieel beheer. Uitbreiding van de Unie brengt een ongedeeld Europa dichterbij.

In voormalig Joegoslavië hebben opnieuw ernstige schendingen van mensenrechten en etnische zuiveringen plaatsgevonden. Eensgezind heeft de NAVO het conflict in Kosovo tot een einde gebracht. Ook Nederland heeft daarvoor verantwoordelijkheid genomen. Ons land zal belangrijke bijdragen leveren aan de internationale inspanningen ten behoeve van de wederopbouw en stabiliteit in geheel Zuidoost-Europa.

De Nederlandse krijgsmacht neemt, vakbekwaam en met grote toewijding, met meer dan drieduizend mannen en vrouwen deel aan vredesoperaties op de Balkan en elders in de wereld. Een professioneel en goed toegerust defensieapparaat is onontbeerlijk. Daarom hecht de regering grote waarde aan het verder ontwikkelen van een moderne en flexibele krijgsmacht.

De NAVO blijft hoeksteen van ons veiligheidsbeleid. De eigen verantwoordelijkheid van de Europese Unie zal meer inhoud krijgen door invulling te geven aan de gemeenschappelijke veiligheids- en defensie-identiteit.

Als uitdrukking van onze verbondenheid met andere landen en volkeren is Nederland vijftig jaar geleden begonnen met ontwikkelingshulp. In veel ontwikkelingslanden zijn de [ 113 ]levensomstandigheden aanzienlijk verbeterd, vooral door toedoen van de landen zélf. De hulp heeft daaraan bijgedragen. De grote armoede in delen van Afrika en elders in de wereld vereist een voortzetting van de internationale hulpinspanningen. Concentratie van de bilaterale samenwerking op een aantal landen en sectoren vergroot de effectiviteit. In internationaal overleg zet Nederland zich in voor kwaliteitsverbetering van de multilaterale hulp, voor een sterkere positie van ontwikkelingslanden binnen het wereldhandelsstelsel en voor verdere schuldverlichting van de armste landen.

De Nederlandse economie is sterk en veerkrachtig en zal dat kunnen blijven wanneer wij erin slagen de belasting van het milieu verder terug te dringen. Productieprocessen en producten moeten ecologisch verantwoord zijn. De ervaring leert dat het herstellen van milieuschade aanzienlijk meer kost dan het voorkomen van die schade. Vaak is dit niet alleen een kwestie van geld, maar ook van zorgvuldige en verantwoorde beslissingen. Onze inzet van nu bepaalt de toekomst van generaties na ons.

De ruimte in ons land is schaars. Economische expansie brengt een grotere behoefte met zich mee aan ruimte voor bedrijventerreinen, woningbouw, infrastructuur en recreatiegebieden. Een welvarende samenleving stelt tevens hoge eisen aan de kwaliteit van de ruimtelijke ordening. Steden met fraaie monumenten, omgeven door cultuurlandschappen en gebieden waarin de natuur de kans krijgt zich te ontwikkelen, worden als waardevol ervaren. De wens tot het behouden van deze verscheidenheid dwingt ertoe dat we onze steden compact inrichten – zowel om in te wonen als in te werken – en dat het platteland gevarieerd is, met open ruimten en een rijke, toegankelijke natuur. Voor de vitaliteit van het platteland zijn duurzame vormen van bedrijvigheid nodig. In de Vijfde Nota inzake de Ruimtelijke Ordening zullen richtinggevende keuzes worden uitgewerkt.

De agrarische sector staat voor ingrijpende hervormingen. De grenzen die het milieu stelt, laten ons geen keus. Vooral voor de intensieve veehouderij betekent dit een enorme opgave. Europese regelgeving maakt het des te meer noodzakelijk dat op korte termijn een verantwoorde mestafzet wordt verzekerd.

De bevolking stelt steeds hogere eisen aan de veiligheid van het voedsel en aan de wijze waarop het wordt geproduceerd. Dat schept verplichtingen voor allen die bij productie en handel betrokken zijn. Aanscherping van normen en verbetering van de controles zijn beide nodig.

De ruimtelijke inrichting van Nederland wordt sterk bepaald door onze ligging. Van oudsher komen hier goederenstromen samen en splitsen zich weer. Onze economische en culturele openheid en onze maatschappelijke stabiliteit maken ons land aantrekkelijk voor investeringen uit het buitenland. Nederland als ontmoetingsplaats heeft daardoor een eigen kleur en dynamiek. Dit heeft veel mobiliteit van mensen en goederen tot gevolg, die in goede banen moet worden geleid. De Nederlandse overheid besteedt dan ook veel aandacht aan hoogwaardige infrastructuur. Zij zal dat blijven doen. De uitdaging is de mobiliteit te verenigen met nieuwe eisen van duurzaamheid. Vooral in de verstedelijkte gebieden zal het aandeel van het openbaar vervoer verder toenemen. De aansluiting van ons land op de grote internationale en Europese verkeersnetwerken moet verzekerd blijven. De mainports Rotterdam en Schiphol leggen zich toe [ 114 ]op hoogwaardige kennis en innovatie om zo hun distributietaken goed te kunnen blijven vervullen.

In onze samenleving neemt het belang van communicatie en van elektronische uitwisseling van informatie snel toe. Communicatie-infrastructuur moet hoogwaardig, toegankelijk en betrouwbaar zijn. Door nieuwe toepassingen kan de overheid haar dienstverlening verbeteren en kan ons bedrijfsleven concurrerend blijven. Nieuwe technologieën brengen grote sociale, economische en culturele veranderingen met zich mee. Mensen moeten goed leren omgaan met computers. De regering stelt het onderwijs in staat hierin een sleutelrol te vervullen. Het gaat vooral om investeren in mensen. Onze samenleving kan het zich niet veroorloven beschikbaar talent onbenut te laten. Regering, onderwijsinstellingen, sociale partners en bedrijven zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het scheppen van een klimaat waarin het uitdagend is te leren en te werken.

De snelle veranderingen in onze maatschappij doen een groot beroep op het aanpassingsvermogen van de burger. Veel mensen zijn onzeker over hun toekomst, hun veiligheid en werk, over hun mogelijkheden om ook op latere leeftijd de nodige aandacht en verzorging te krijgen. Het versterken van de sociale infrastructuur heeft hoge prioriteit. Door te investeren in werk en bestaanszekerheid, en in zorg en veiligheid, schept de regering voorwaarden voor een actieve deelname van allen aan de samenleving.

De werkgelegenheid heeft zich de laatste jaren bijzonder gunstig ontwikkeld. Daaraan is door velen – overheid en sociale partners – bijgedragen. Grote aandacht blijft evenwel vereist voor mensen die nog geen werk hebben. Ook hun deelname aan het arbeidsproces is wenselijk, zowel om sociale als om economische redenen. Arbeid – ook vrijwilligerswerk – is voor velen een belangrijke voorwaarde voor maatschappelijk functioneren. Vrouwen en mannen zoeken naar een betere balans tussen werk en privéleven. Meer keuzevrijheid vergroot de mogelijkheden tot economische zelfstandigheid en stelt mensen beter in staat de zorg voor naasten op zich te nemen.

Het aantal zieken en arbeidsongeschikten met een uitkering is groot. Bijzondere inspanningen zijn nodig om te voorkomen dat mensen voortijdig het arbeidsproces verlaten en daarin niet meer kunnen terugkeren. In een vernieuwde, cliëntvriendelijke uitvoeringsorganisatie voor de sociale zekerheid en de arbeidsvoorziening staat het belang van preventie en reïntegratie voorop. Het vaststellen van het recht op een sociale uitkering blijft een publieke verantwoordelijkheid.

Mensen hebben veel over voor een goede gezondheid. Ook zij die gehandicapt zijn of een chronische ziekte hebben, streven naar een zo hoog mogelijke kwaliteit van hun leven. De investeringen in de zorg zijn erop gericht de vooruitgang van wetenschap en technologie aan patiënten ten goede te laten komen.

Samenwerking tussen zorginstellingen, verzekeraars, beroepsbeoefenaren, patiëntenorganisaties en overheid is noodzakelijk voor verdere verbeteringen in de gezondheidszorg. Geldmiddelen en goede regelgeving zijn essentieel, maar niet toereikend. Het is nodig gezamenlijk te blijven werken aan een doelmatige en flexibele zorgverlening waarin de patiënt centraal staat. Alleen zo kunnen wachtlijsten en werkdruk worden teruggebracht. Voor het bevorderen van de gezondheid draagt [ 115 ]ieder mens ook zelf verantwoordelijkheid: een gezonde leefwijze kan veel moderne welvaartsziekten voorkomen.

De samenstelling van de Nederlandse bevolking verandert snel. Het aandeel van etnische minderheden groeit gestaag. Integratie van nieuwe groepen medeburgers is nodig. Scholing en het terugdringen van de hoge werkloosheid onder etnische minderheden bevorderen de zelfstandigheid. Gezamenlijk gevoelde en gedragen waarden en normen zijn een voorwaarde voor sociale samenhang in onze maatschappij. Wij leven met elkaar als vrije burgers, met rechten én plichten en met respect voor elkaars opvattingen. Burgers én overheid dienen alert te blijven op uitingen van racisme en discriminatie.

In sommige wijken van onze grote steden stapelen problemen zich op: voortijdig schoolverlaten, langdurige werkloosheid, criminaliteit en agressie, sociale uitsluiting. De verbetering van het leefklimaat in steden staat centraal bij het bouwen aan een sterkere sociaal-economische basis voor ons land. Probleemwijken moeten de kans krijgen uit te groeien tot gebieden waarin de bewoners goed kunnen werken, wonen en leven.

Bescherming van vervolgden en ontheemden blijft uitgangspunt van het vreemdelingenbeleid. Voorgesteld wordt de Vreemdelingenwet te wijzigen, opdat eerder uitsluitsel kan worden gegeven over het recht om voorlopig hier te mogen blijven. Spoedige duidelijkheid is in het belang van alle betrokkenen. Een kortere tijd in de opvang en eerdere toegang tot de arbeidsmarkt zal de positie verbeteren van hen die terecht een beroep doen op bescherming. Afgewezen asielzoekers kunnen geen aanspraak meer maken op voorzieningen en dienen het land te verlaten.

Voor een sociaal sterk land is veiligheid van wezenlijke betekenis. Mensen moeten zich veilig kunnen voelen. Naar de beleving van te veel burgers is de veiligheid nog onvoldoende. Dit stelt hoge eisen aan de politie, waarvan wordt gevraagd dat zij effectief én integer, aanwezig én doortastend is. De regering heeft besloten voor de uitoefening van politietaken extra middelen beschikbaar te stellen.

De criminaliteit verandert met de ontwikkelingen in onze samenleving. Ook daarom zijn nieuwe methoden nodig bij de handhaving van het recht en de openbare orde. De overheid krijgt meer bevoegdheden voor de bestrijding van fraude en witwassen, de opsporing van strafbare feiten en de aanpak van geweld op straat.

In het regeerakkoord is een bedrag – oplopend tot ruim negen miljard gulden – vrijgemaakt voor nieuw beleid ten behoeve van arbeidsparticipatie, onderwijs, zorg, armoedebestrijding, veiligheid, infrastructuur en milieu. In de begroting voor volgend jaar worden deze prioriteiten nader uitgewerkt en zijn bovendien aanvullende middelen opgenomen, vooral voor maatschappelijke zorg, jeugdbeleid en onderwijs. Voor verlichting van lasten komt een bedrag van ongeveer één miljard gulden beschikbaar. Om het arbeidsaanbod te stimuleren en een verantwoorde loonontwikkeling te ondersteunen wordt het arbeidskostenforfait verder verhoogd. De werkgelegenheid wordt ook bevorderd door een verlaging van het BTW-tarief op arbeidsintensieve diensten. Het geheel van belasting- en premiemaatregelen maakt een evenwichtige inkomensontwikkeling mogelijk. Bijzondere aandacht krijgt de inkomenspositie van vroeg-gehandicapten. [ 116 ]

Het financieringstekort komt volgend jaar naar verwachting op een half procent van het BBP. Ook de schuldquote daalt sneller dan eerder werd voorzien. Een degelijk financieel-economisch beleid blijft geboden.

Met de voorgestelde herziening van ons belastingstelsel per 1 januari 2001 beoogt de regering de economische structuur en de werkgelegenheid te versterken en beter rekening te houden met de eisen die het milieu stelt. Zo wordt het fiscaal stelsel toegesneden op de 21e eeuw.

Goed openbaar bestuur inspireert tot actief burgerschap. Het stimuleert de betrokkenheid bij de publieke zaak. Wederkerigheid en vertrouwen versterken het fundament van een rechtsstaat die ook in de volgende eeuw weerbaar zal zijn.

De grondslagen van onze democratie vragen voortdurend om onderhoud. De teruglopende opkomst bij verkiezingen baart zorgen. Nieuwe mogelijkheden die de techniek ons biedt, worden onderzocht, maar deze zullen de persoonlijke inzet van mensen nooit kunnen vervangen. De regering blijft streven naar de totstandkoming van een wettelijk geregeld correctief referendum.

Heldere wetgeving en wijze terughoudendheid bij regulering zijn belangrijke voorwaarden voor een goed functionerende markt in een samenleving die steeds kritischer en ingewikkelder wordt. De kwaliteit van de rechtsstaat stelt hoge eisen aan de overheid en de rechterlijke macht.

De snel veranderende maatschappij vergt dat wij ons allen voortdurend aanpassen aan nieuwe eisen en omstandigheden. De overheid moet algemene regels stellen, de veiligheid garanderen en bescherming bieden waar nodig. Zij moet zelf normen en waarden hanteren en moet ook anderen daarop kunnen aanspreken. De overheid is van en voor de samenleving en staat borg voor de rechtsstaat.

De bereikbaarheid en aanspreekbaarheid van de overheid worden met een één-loketbenadering verbeterd. Zo kan de burger ook beter de weg worden gewezen in het woud van instanties en regelingen. Het gebruik van mogelijkheden die de moderne informatie- en communicatietechnologie ons biedt, dient dat doel.

De overheid moet duidelijk maken wat zij doet, waarom en hoe. Dit vereist goed samenspel en vertrouwen tussen de politiek verantwoordelijken en hun ambtelijk apparaat. Transparantie en verantwoording zijn daarvoor onmisbaar. In het functioneren van de rijksdienst staan integriteit en vertrouwen in verantwoordelijkheid centraal.

Ook binnen het verband van het Koninkrijk verdient de kwaliteit van het publiek domein bijzondere aandacht. De Nederlands-Antilliaanse regering staat voor de opgave het hoofd te bieden aan ernstige financieel-economische en maatschappelijke problemen. Op Aruba zijn goede resultaten geboekt met het op orde brengen van de openbare financiën. Daar ligt het accent nu op de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur. In Koninkrijksverband vindt overleg plaats over voorstellen om de samenwerkingsrelatie te moderniseren.

Leden van de Staten-Generaal, [ 117 ]

Aan het einde van deze eeuw kan een balans worden opgemaakt. In Nederland is veel goeds tot stand gebracht. Velen hebben daaraan bijgedragen. In het besef van onze kracht en met open oog voor onze zwaktes geeft dat vertrouwen voor de toekomst. Ook in de nieuwe eeuw zal het nodig zijn gezamenlijk te investeren in de kwaliteit van onze samenleving en in internationale samenwerking. De regering blijft zich onverminderd inspannen voor een sterke economie en een vitale samenleving. Zij wil dat doen samen met U, met de andere overheden en met alle burgers.

Van harte spreek ik de wens uit dat U Uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij U wijsheid toewensen en om zegen voor U bidden.