Categorie:Verzen (1890)
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Hier staan de gedichten uit de bundel Verzen uit 1890 van Herman Gorter.
Artikelen in categorie "Verzen (1890)"
Deze categorie bevat de volgende 84 pagina’s, van de 84 in totaal.
'
A
D
- Gorter/Daar ligt dat water -- dat schitterende water
- Gorter/Dat kouwe vleesch van een ander
- Gorter/De boomen golven op de heuvelen
- Gorter/De boomen waren stil
- Gorter/De golven en hun òver voorovervallen
- Gorter/De gonsregen, regen
- Gorter/De grijze lucht als een satijnen waaier
- Gorter/De heide is maar stil
- Gorter/De lamp schijnt, de kamer is open
- Gorter/De lente -- ik sta midden in haar
- Gorter/De lente komt van ver, ik hoor hem komen
- Gorter/De lucht was fijn. Avond
- Gorter/De lucht was geel als geele chrysanthemen
- Gorter/De stille weg
- Gorter/De straalpralende dag
- Gorter/De zee buiten grijs, zilverig, regenig, lommerig, in wolke' cirkelgespreide
- Gorter/De zon. De wereld is goud en geel
- Gorter/Dit zijn de bleeke, bleeklichte weken
E
G
H
I
- Gorter/Ik ben alleen in het lamplicht
- Gorter/Ik had zoo lang rondgeloopen
- Gorter/Ik lag te slapen op mijn bed
- Gorter/Ik liep 's avonds door mijne stad
- Gorter/Ik proefde de lauwe luchten
- Gorter/Ik was toen een arme jongen
- Gorter/Ik wilde ik kon u iets geven
- Gorter/Ik zat eens heel alleen te denken
- Gorter/Ik zat eens heel alleen te spelen
- Gorter/Ik zat toen heel stil te werken
- Gorter/In de stilte van de stad
- Gorter/In de verte zag ik blanke wateren
- Gorter/In de zwarte nacht is een mensch aangetreden
- Gorter/In den heeten nacht een heet zwart grijs korenveld
- Gorter/In een grijs huis en in een kamerlicht